Er staan al stapels met dozen, deels voor je nieuwe huis en deels voor de kringloop. Heerlijk zo’n verhuizing, een moment om alle onnodige spullen weg te doen. Maar die kamerplanten blijven altijd tot het laatste moment staan. Hoe kun je die nou het best verhuizen en waar moet je opletten in je nieuwe stulpje?

1. Hou rekening met de buitentemperatuur
Afhankelijk van het seizoen dat je verhuist, is het belangrijk om op de buitentemperatuur te letten. De meeste kamerplanten houden namelijk niet van temperaturen onder de 15 graden. En vrieskou kunnen ze al helemaal niet hebben. Ga je dus in de winter verhuizen en staan je groene huisgenoten een uur op de stoep te koukleumen, dan kan je er vanuit gaan dat dat schade oplevert. Zonde! Zorg in dat geval dat je planten zo kort mogelijk buiten en onderweg zijn en pak ze extra in. Wat laagjes krantenpapier of dekens rond de grotere planten zorgen ervoor dat ze warmpjes over komen.
In het heetst van de zomer is het vooral oppassen dat je die er niet van houden opeens in de volle zon komen te staan. Dit kan ervoor zorgen dat de bladeren verbranden, omdat de planten het niet gewend zijn.

2. Hoe pak je die planten in?
Die grote jetsers kun je niet in een doos zetten. Je zal stuk voor stuk deze kamerplanten moeten sjouwen en voorzichtig plaatsen. Kleine plantjes kunnen natuurlijk bij elkaar in een doos, wat krantenpapier tussen de potten, zodat ze niet breken en klaar. Grote potten kun je beschermen door er een deken omheen te wikkelen. En als je je plant plat moet vervoeren, omdat hij staand niet in de auto past, kun je met stukken karton over de aarde ervoor zorgen dat dit er niet uit valt.

3. Controleer je planten eerst nog even op beestjes
Grote kans dat je al je planten tegelijk gaat verhuizen. Alle bladeren gaan lekker door elkaar en kleinere planten bij elkaar in een doos. Dat zorgt ervoor dat een beestje zich makkelijk kan verspreiden. Om te voorkomen dat al je planten in je nieuwe huis opeens besmet zijn, controleer je alle planten goed op ongedierte, voordat je ze inpakt. Vind je een beestje in een plant? Zorg dat je deze behandeld en dat je de plant apart vervoerd van je andere planten.

4. Bedenk waar je planten komen te staan
Zijn je planten in je nieuwe huis aangekomen, dan haal je ze meteen uit de doos en verwijder je het krantenpapier. Hierdoor staan ze niet langer dan noodzakelijk in het donker. Bedenk van te voren waar je ze neer wilt zetten. Bekijk hiervoor hoe het licht in je oude huis binnen valt en hoe dat anders is in je nieuwe huis. Vervolgens probeer je voor je planten een zelfde soort plekje uit te kiezen als in je oude huis. Krijgt je plant in je nieuwe huis veel meer licht dan eerst? Laat je plant hier dan langzaam aan wennen, door hem telkens wat dichterbij dat ideale plekje te zetten. Wil je dit helemaal goed doen? Kijk dan welke kant van de plant in je oude huis naar het licht toegericht is en zorg dat dezelfde kant belicht wordt in je nieuwe huis. Hierdoor is de overgang gelijkmatiger.

5. Geen goed plekje te vinden?
Is het licht in je nieuwe huis totaal anders dan in je oude huis? Geen zonnige plek voor je cactussen te vinden of juist te veel licht voor je schaduwliefhebbers? Kijk dan of je je planten weg kunt geven, of ruilen bij een plantenasiel. Dat is beter dan dat ze staan weg te kwijnen. Ga daarna niet meteen heel veel nieuwe planten kopen, maar leer het licht in je huis eerst kennen zodat je de juiste keuze kunt maken.

6. Voorkom verbouwstress voor je planten
Ga je nog flink verbouwen? Kijk dan of je je planten tijdelijk bij iemand anders kan onderbrengen. Al dat stof doet de bladeren van je planten geen goed. Sommige planten kunnen ook erg gevoelig zijn voor de chemische stofjes die vrij komen bij bijvoorbeeld het verven van je muren. Om ervoor te zorgen dat je planten hier niet aan ten onder gaan, wacht je nog even met het verhuizen van je planten of wijs je een aparte plantenkamer aan, waar je planten veilig staan. Let ook op met tocht, vooral als het buiten wat kouder is. Voor je het weet staan je planten te bibberen!

7. Geef je planten de tijd
Net als jij, zullen je planten moeten wennen aan je nieuwe huis. Een geel blaadje hier of daar is dan ook te verwachten. Geef ze een paar weken de tijd om zich aan te passen aan de nieuwe hoeveelheid licht die ze krijgen. Geef in deze periode liever niet veel meer water, behalve als het erg warm is en je plant veel meer licht krijgt dan voorheen.

Wil je meer leren over het licht in je nieuwe huis?

Bekijk dan mijn boek Een huis vol planten. In dit boek leer ik je alles over de lichtinval in je huis. Je leert het licht in je huis te analyseren, om zo je kamerplanten en hun lichtbehoeftes beter te begrijpen. Je kamerplanten staan nooit meer op een te lichte of te donkere plek: voortaan weet je precies welke plant op welke plek in je huis gelukkig wordt!
Bekijk mijn boek Een huis vol planten op Bol.com

Gerelateerde Plantenvragen